Cases

Effectmeting inzet ehealth bij chronisch hartfalen

Chronisch hartfalen is  een aandoening die veel voorkomt in Nederland. Telemonitoring is een ehealth-intrsument waarmee zorgverleners op afstand toezicht kunnen houden op deze patiënten. Telemonitoring is een van de oplossingen om hartfalen patiënten te kunnen verzekeren van goede zorg.

De inzet van telemonitoring biedt de zorgverlener de mogelijkheid om een grote groep hartfalen patiënten snel en kwalitatief hoogstaande efficiënte zorg te bieden. De stuurgroep Effective Cardio – bestaande uit zorgverzekeraar en leverancier - heeft fluent gevraagd om samen met het een aantal vooruitstrevende ziekenhuizen een effectonderzoek te doen voor de optimalisatie van het zorgpad chronische hartfalen met de inzet van telemonitoring. In de analyse moeten de effecten op primair proces, de werklast en het financieel resultaat worden meegenomen. Het onderzoek is gebaseerd op het verrichtingenprofiel van zes aan het project deelnemende ziekenhuizen.

Aanpak

Onze aanpak bestaat uit 3 fasen:

  • Fase 1: Definitie en inrichting
  • Fase 2: Meten en dataverzameling
  • Fase 3: Rekenen en rapporteren

In onderstaande figuur is de invulling per fase verder uitgewerkt.

hartfalen

Resultaat

fluent heeft de stuurgroep Effective Cardio en de betrokken ziekenhuizen inzicht verschaft in de effecten op het primair proces, de werklast, de tevredenheid van de patiënt en zorgverlener en het financieel resultaat van de inzet van telemonitoring bij de optimalisatie van het zorgpad chronisch hartfalen. Hiertoe hebben we onderstaande producten opgeleverd:

  • Meet en data model voor het vaststellen van de effectiviteit van Effectivecare
  • Meetmethodiek en tooling om de effectmeting uit te voeren
  • Businesscase + toetsing van de gemeten data  aan de beoogde projectresultaten
  • Totaalrapportage en rapportages per ziekenhuis

De resultaten zijn verwerkt in de rapportage Het pad naar duurzame hartfalenzorg.

Als u vragen of interesse heeft over deze aanpak dan kunt u contact opnemen met Geert de Kousemaeker.